Intelligentiequotiënt
In 1904 vroeg de Franse overheid aan psycholoog Alfred Binet (1857-1911) of het mogelijk was om onderscheid te maken tussen slimme en domme kinderen. Binet geloofde van wel en maakte de psychologische test zoals we die ook nu nog kennen.
De schaal die Binet ontwierp werd later door de Amerikaanse psycholoog Lewis Madison Terman (1877-1956) gestandaardiseerd tot de 'moderne' intelligentietest met als uitkomst het intelligentiequotiënt. Dat IQ is in feite niets anders dan de mentale leeftijd gedeeld door de chronologische leeftijd, voor het gemak vermenigvuldigd met 100.


200 verschillende definities
Een IQ van 100 is 'normaal'. Iemand die minder dan 70 punten haalt is (licht) zwakzinnig. Je bent daarentegen hoogbegaafd als je een intelligentiequotiënt hebt van meer dan 130. Iets meer dan 2 procent van alle Nederlanders en Belgen valt in die categorie. Er bestaan trouwens wel 200 verschillende definities van de term "hoogbegaafd"...
IQ and the Wealth of Nations
Volgens Richard Lynn (emeritus hoogleraar in Noord-Ierland) en Tatu Vanhanen (emeritus hoogleraar in Finland) is de wereld op basis van IQ te verdelen in 4 groepen:
- inwoners van Oost-Azië hebben een IQ van gemiddeld 105;
- Europeanen, Noord-Amerikanen, Australiërs en Nieuw-Zeelanders scoren precies 100;
- de volkeren van Zuid-Azië, Noord-Afrika en Latijns Amerika hebben een IQ van 85;
- de bewoners van Midden-Amerika en Afrika onder de Sahara moeten het doen met een IQ van gemiddeld 70.
Het boek "IQ and the Wealth of Nations", waarin beide heren bovenstaande theorie uit de doeken doen, is tot nu toe overigens alleen door enkele extreem rechtse organisaties met gejuich ontvangen.
Geen garantie voor succes
Een score van meer dan 130 op een IQ-test is, in tegenstelling tot wat velen denken, géén garantie voor een hoog opleidingsniveau. Uit Frans onderzoek onder 145 hoogbegaafden bleek bijvoorbeeld dat slechts 40 procent doorstudeert na behalen van het middelbare schooldiploma. 51 procent kwam niet verder dan 3 jaar middelbaar onderwijs.
Minder betrouwbaar dan de fysica

